De Kaaisjouwers, een hard leven aan de Waal
Tentoonstelling en boek belichten leven vol zwaar werk en armoede
Donderdag 7 juni opende in museum De Stratemakerstoren een nieuwe tentoonstelling. Het museum wil daarmee een onderbelicht stuk Nijmeegse geschiedenis de aandacht geven die het verdient. Tijdens de opening presenteerde museumdirecteur Gerard Alofs het nieuwe boek van Frank Antonie van Alphen over de kaaisjouwers en het harde leven aan de Waal. Begeleid door accordeonmuziek zongen de aanwezigen Nijmeegse liederen uit de tijd van de kaaisjouwers.
Onderstad
Vanaf de Middeleeuwen tot aan de jaren 1960 werden schepen die goederen brachten veelal met de hand gelost. Zakkendragers, later kaaisjouwers genoemd, tilden kisten en zakken die wel tachtig kilo zwaar konden zijn uit de scheepsruimen en brachten ze naar de pakhuizen. Soms moesten ze de lasten helemaal omhoog sjouwen door de Grotestraat de Bovenstad in.
Vanaf de negentiende eeuw verslechterden de leefomstandigheden in de Benedenstad waar de zwaar onderbetaalde kaaisjouwers woonden. Het leven werd er zo uitzichtloos, dat veel mensen hun troost zochten in de drank. Er wordt gezegd dat de distilleerders in Schiedam geloofden dat Nijmeegse huisvrouwen hun stoepjes boenden met jenever, zo veel drank werd er vervoerd naar de Waalstad…
De tentoonstelling geeft de sferen weer waarin er tussen de twee Wereldoorlogen werd geleefd en gewerkt in de Benedenstad. Er is een steiger nagebouwd met kisten, vaten en zakken. Een keukenhoek laat zien hoe armoedig de huishoudens waren. In een nagebootst cafeetje met authentieke reclameborden is de geur van een kleine havenkroeg bijna te ruiken. Foto’s en videopresentaties geven een oorspronkelijk beeld van het leven in de oude Onderstad.
De laatste ooggetuigen
In zijn boek “De Kaaisjouwers, een hard leven aan de Waal” vertelt Frank Antonie van Alphen het verhaal vanuit het gezichtspunt van zijn schippersfamilie. Hij heeft bovendien de laatste ooggetuigen opgezocht en geïnterviewd. Aanvullende informatie en een aantal foto’s zijn gevonden in het Nijmeegse archief. Het liefst ziet de schrijver aan de Waalkade een standbeeld verschijnen voor de Kaaisjouwers. Of dat er ooit komt, weet niemand. Tot die tijd is dit boek een oprecht eerbetoon aan de sterke mannen die nooit voldoende waardering hebben gehad voor hun belangrijke bijdrage aan de Nijmeegse welvaart waarin ze niet hebben mogen delen.