Zoals eerder op deze website vermeld gaan er in ieder geval twee ploegen uit de Ooijpolder op 3 juni 2010 meedoen aan de Alpe ´d HuZes. Het Team Ooij en het Bud Cycling Team. Daarvoor moet dan natuurlijk ook geld ingezameld worden. Daarom worden er de komende weken een aantal activiteiten ontplooid. Zo houdt het Team Ooij op 3 april een feestavond met veiling in café/zaal De Vink te Ooij en een week later, op zondag 11 april, houdt het Bud Cycling Team een ‘ Spinning Sensation’ bij sportschool Morgen-fit in Ooij. Voor een sponsorbijdrage kan iedereen spinning-les krijgen van instructeur Edith van Etteger, die deel uitmaakt van het Alpe d’Huzes-team. In de sportschool is die dag zelfs virtueel de Alpe d’Huez te beklimmen, inclusief bijpassend stijgingspercentage. Vanmorgen stond er een leuk artikel in de Gelderlander. |
![]() |
![]() |
Bron Geert Willems, De Gelderlander 300310
Via de vlakke polder naar de steile alp. De bescheiden opgangen naar de dijk zijn de enige heuvels in de polder. Toch trainen twee teams er voor de klim naar Alpe d’Huez. Het is voor het goede doel. Voor veel sportievelingen is het de ultieme droom: één keer met de fiets de Alpe d’Huez omhoog. Eén keer? De deelnemers aan de Alpe d’Huzes doen het zelfs minimaal zes keer. Individueel of in een team. En het zijn zeker niet alleen klimgeiten uit het Zuid-Limburgse land die op donderdag 3 juni meedoen aan het Nederlandse evenement, dat voor de vijfde keer wordt gehouden. Nee, onder de 391 teams die op 3 juni de flanken van de ‘Nederlandse’ alp bevolken, zijn er twee uit de ultraplatte polder tussen Nijmegen en Millingen: Team Ooij en het Bud Cycling Team uit Leuth. Beide teams bestaan overigens niet uit groentjes, de meesten hebben al een keer eerder meegedaan. Wat bijzonder is: wie ooit de Alpe d’Huzes heeft ervaren, denkt niet meer aan het overwinnen van de 21 haarspeldbochten van de dertien kilometer lange klim. „Het fietsen wordt bijzaak, als je kennismaakt met de sfeer van het evenement”, vertelt Marco Schel, één van de meest sportieve wielrenners uit het Team Ooij. Alle fietsers gaan namelijk maar voor één doel naar de alp: geld inzamelen voor het KoninginWilhelmina Fonds in de strijd tegen kanker. Schel: „Wat daar rond het fietsen gebeurt, is heel bijzonder.” Sportief was het overigens ook in orde. Marco ging vorig jaar zes keer omhoog en ook nog eens in een respectabel tempo. Tussendoor plukte hij teamgenoot Johan Looyschelder, baas van de plaatselijke Spar, van zijn hotelbed. „ Hij lag daar helemaal total loss, omdat hij al drie keer omhoog was gegaan. Veel vaker dan hij had gedacht. Vervolgens ging hij toch nog een vierde keer. Helemaal gegrepen door het virus.” Voor de leden van het Bud Cycling Team uit Leuth was de eerste klim naar de top van de alp in 2008 bij voorbaat al bijzonder. Zij gingen met zeventig mensen op weg, van wie er dertig omhoog fietsten. Het was een reis ter ere van hun geliefde vriend en familielid Geert ‘ Bud’ Mulder die op 40-jarige leeftijd de strijd tegen leukemie had verloren. Zijn grote wens was om de Alpe d’Huez te beklimmen. Omdat die droom nooit in vervulling ging, deden zijn vrienden het voor hem. Nu doen ze het weer met weduwe Leonie als teamcaptain. Beide teams gaan de komende weekeindes geld inzamelen voor het goede doel, want dat blijft het belangrijkste doel. Het team Ooij houdt komende zaterdag 3 april een veiling in café-zaal Vink. Bezoekers kunnen bieden op NEC-Rijvereniging shirts met handtekening, keepershandschoenen van NEC-doelman Babos, een HR-ketel en zelfs op een privé-kok die een maaltijd voor vier thuis gaat bereiden. Horeca- uitbater Pierre Vink, die zelf omhoog zal fietsen, stelt bovendien een kwart van de drankomzet beschikbaar. Een week later, op zondag 11 april, houdt het Bud Cycling Team een ‘ Spinning Sensation’ bij sportschool Morgen-fit in Ooij. Voor een sponsorbijdrage kan iedereen spinning-les krijgen van instructeur Edith van Etteger, die deel uitmaakt van het Alpe d’Huzes-team. In de sportschool is die dag zelfs virtueel de Alpe d’Huez te beklimmen, inclusief bijpassend stijgingspercentage. De renners van de teams gebruiken vooral de vlakke polderwegen om te trainen voor de alp, niet eens de Oude Holleweg. „We moeten vooral veel kilometers maken”, volgens Jorrit van Eck van het Leuthse team. „Bergen zijn niet speciaal nodig. Je gaat toch vooral in een cadans omhoog.” |