17 oktober 2009

Veiling voor kerkje van Persingen

Afgelopen weekend vond er een bijzondere veiling plaats in het Kerkje van Persingen. Maar liefst 214 veilingwerken, bestaande uit schilderijen, tekeningen, etsen, beeldjes etc. waren in het kerkje bijeen gebracht om tesamen inkomsten te genereren voorhet kerkje. Op zaterdag kon men bieden op één of meer van de vele kunststukken en zondag kon men gewoon de rest kopen. Van de 214 kunststukken werden er tijdens de veiling ongeveer 65 verkocht. Opbrengst van de veiling 2500 Euro. Zie de foto’s.



door Lydia van Aert Bron: De Gelderlander
Hier een nostalgisch ge­zicht op de Sint-Ste­venskerk, daar een ets van een rood hart met een koffiepottuit: onmiskenbaar een Klaas Gubbels. De veiling in het kerkje van Persingen biedt voor elke kunstliefhebber wat wils. De lijst telt 214 veilingstuk­ken, met name tweedimensionaal werk, maar ook enkele beelden.
De kunstwerken vullen het gods­huisje tot de nok. De herfstzon valt door het glas in lood op wer­ken van Paul Citroen, Enzo Dib­bets, Ronald Tolman en andere lo­kaal en landelijk bekende namen.
Topstukken zijn twee etsen van Lucebert, van wie er eentje als een verborgen schat uit een koker te voorschijn komt.
Bart de Groot is voorzitter van de stichting die tien jaar geleden het kerkje opkocht, om het aldus te be­houden. „Vanaf 1947 tot 1975 was het de Sint-Joriskapel van de ka­tholieke verkenners. En ik was een van hen.”
Toen hij het kerkje vele jaren later aan zijn gezin liet zien, trof hij het in verval aan. De stichting heeft er al veel werk aan verricht. De kun­stenaars en verzamelaars die de te veilen kunstwerken inbrachten, doneren twintig procent van de opbrengst aan de restauratie van het dak die voor volgend jaar op het programma staat.
Het lieflijke godshuis loopt op za­terdagmiddag vol met belangstel­lenden, veelal echtparen van mid­delbare leeftijd. Sommigen combi­neren de veiling met een herfst­tocht door de Ooijpolder, zo bewij­zen de wandelschoenen en de ver­rekijker over een enkele schouder.
Om de vaart erin te houden, werkt De Groot bij het veilen niet de lijst af, maar vraagt hij de aan­wezigen om de nummers te noe­men waarop zij azen. Maar sommi­ge werken hebben een verhaal, en dan neemt de veilingmeester de tijd om dat te vertellen. Zoals num­mer 75, een ets van Robert Ter­windt van een groene uil boven het Persingse kerkje.
„Dat is Dio, de kerkuil die hier sinds een aantal jaren huist. Hij is vernoemd naar de heilige waar al­hier al in de dertiende eeuw een kapel aan opgedragen was.” Sint­Dionysius waakt over het kerkje.
Voor zeventig euro gaat Dio naar bieder nummer dertig. Biedster ne­gentien is gespannen. Ze is jonger (‘ik ben in de dertig’) dan de mees­te aanwezigen. „ Ik ben zelf kunste­nares, maar heb nooit eerder een veiling bezocht. Ik heb meegebo­den op een Terwindt, maar die ging helaas aan mijn neus voor­bij.”
Even later mag de Nijmeegse zich voor driehonderd euro de gelukki­ge eigenaar noemen van een ets van Ronald Tolman. Ze straalt.
„Het is een prachtwerk.”
Opbrengst van de veiling: 2.500 euro.