1 augustus 2006

Kerkuilen NHkerkje te Ooij.

 

 

Nieuws rond de kerkuilen in Ooij.

Opvang vergiftigd Wijchen's kerkuiltje in kerkje Ooij
Deze
week kregen de bewoners van het voormalige NH-kerkje in
Ooij de vraag vanuit de Kerkuilenwerkgroep Betuwe-Oost of ze
een uilejong van zeven week oud zouden willen bijplaatsen bij de
twee jongen in hun nestkast. Normaal gesproken gaat dit goed,
vogels kunnen immers niet tellen! Dit jong, afkomstig uit Wijchen, was
als enig uiltje overgebleven uit een nest van vier. Twee jongen waren
niet meer in het nest aanwezig, één uiltje lag dood in de kast, en de
laatste, onze logé, werd sterk vermagerd naar een vogelopvangcentrum
gebracht. Naar later zou blijken was de uilenfamilie vergiftigd door
het eten van door ratten-of muizengif aangetaste muizen.
Inmiddels zijn de kerkuilen ook geringd. zie voor de foto's de site van Marcel Vink.

 

 kerkuilen_20060722_2

 


Na een weekje aansterken arriveerde de nieuwe
bewoner afgelopen zaterdag 22 juli  in verhuisdoos en met een
extra voorraadje diepvriesmuizen (hij is nog iets aan de magere kant)
op zijn nieuwe woonadres. Uiteraard eerst door iedereen bewonderd: een
prachtige vogel, eentje van de lichte variant (Tyto Alba Alba), en al
iets verder in het verenkleed dan de uitljes die via de webcam al
geruime tijd te volgen zijn (www.papma.nl/webcam.html). Na een paar snelle foto's werd het uilejong bij zijn nieuwe broers/zussen gezet, inclusief het voorraadje muizen.
  Op
de webcam is de nieuweling goed herkenbaar: lichter van kleur, een
beter ontwikkeld verenkleed en hij of zij draagt al een
pootring. De twee andere jongen zitten daarentegen nog volop
in het dons. Het is een bewuste keuze deze vogel te plaatsen bij
iets minder oude jongen. Op deze manier wordt voorkomen dat de
logé al op korte termijn uitvliegt en zo net wat meer kan aansterken
dan zou kunnen in een nest met leeftijdsgenoten. Daarnaast is
het een mooie bijkomstigheid dat het wel een wee van de uil via
internet gevolgd kan worden. Tot nu toe wordt er tussen de uilen
onderling enige afstand bewaard. De twee "oude" bewoners
zitten achter in de kast, de logé meer aan de voorkant.
Inmiddels zijn de eerste integratiepogingen gedaan en zitten ze
met zijn drieën wat meer bij elkaar. De eerste nacht werden
door de oudervogels als altijd muizen binnengebracht en dat terwijl met
name de nieuweling bij het invlieggat zat. Het lijkt er dus op dat dit
gaat lukken. Of de ouders voldoende voedsel kunnen aanvoeren voor
alledrie de jongen wordt volgende week gecontroleerd, dan worden ze
alledrie gewogen en de oorspronkelijke uiltjes krijgen dan
meteen ook een pootring.

Kerkuilenringen!

Bron: Paul Spierings

Vandaag (28 juli 2006) was dé happening van het broedseizoen: het
ringen van de kerkuiltjes. Iets waar de kinderen, maar stiekem (?!) ook
de volwassenen, al dagen naar uitkeken. Eindelijk alle kerkuiltjes in
vol ornaat te kunnen zien is toch een ware belevenis. Ook is het hét
moment om een kerkuiltje goed te fotograferen, en het mooiste van
alles, even vast te houden.

 

Kerkuilenringer Ronald Zollinger begon rond half acht 's-avonds
tegelijkertijd met de plaatselijke persfotografen de toren van
binnenuit te beklimmen, op weg naar de nestkast in de spits. Eenmaal
boven werden de uiltjes een voor een uit de nestkast gehaald, als ware
celebrities gefotografeerd en bewonderd, om vervolgens met z'n drieën
in een groene stoffen schoudertas te verdwijnen. Een veilige plek voor
de tocht naar beneden, waar een hele partij kinderen en volwassenen op
het terras al klaar zat om te zien wat er tevoorschijn zou komen uit
die tas. De oh's en ah's gingen over de tafel bij het zien van het
eerste uitje. Achtereenvolgens werd bij ieder dier een voetring
omgedaan, de vleugellengte gemeten en het gewicht, met de kop naar
beneden hangend aan een unster, gewogen.

Ondertussen vertelde Ronald wat hij allemaal deed en waarom en
beantwoordde hij alle vragen van het publiek. Fantastisch! Ondertussen
gingen de uiltjes voorzichtig rond en werd menig kind op de foto gezet.

Maar nu de resultaten, hoe ging het met de uiltjes? Het blijkt dit jaar
een slecht muizenjaar te zijn en daarmee gaat het dit jaar ook met de
kerkuilen niet zo goed. Er blijken in onze regio slechts een dertigtal
jonge uiltjes te zijn geringd tegen 130 vorig jaar.
Dit heeft ook zijn effect op onze uiltjes, ze hebben een kleine
groeiachterstand in vleugellengte en gewicht en het bijgeplaatste
kerkuiltje uit Wijchen heeft ten opzichte van vorige week 12 gram aan
gewicht verloren. Maar het verloopt wat moeizaam en op het moment van
schrijven wordt bekeken of hier wel of niet iets aan gedaan kan worden.

De opties: de natuur zijn gang laten gaan of misschien toch muizen bijvoeren??

 


KERKUIL Voedselgebrek in Ooijse kerktoren

Een kerkuiltje uit Wijchen is sinds enige tijd opgevangen in Ooij. Het
diertje is bij een uit twee jongen bestaand nest in de toren van de
voormalige N.H. -kerk geplaatst. Het heeft ook nog eens een hoge
aaibaarheidsfaktor.

Door onze verslaggever  bron: de Gelderlander, 31 juli 2006

OOIJ: De nieuweling gedijt goed in het ‘ gastgezin'. Vrijdagavond
werden de drie jonge kerkuiltjes gewogen en gemeten. De twee Ooijse
vogels zijn bovendien geringd. De drie diertjes trokken veel
belangstelling. Ze zijn dan ook erg tam en hebben voor kinderen zoals
dat zo fraai heet een hoge aaibaarheidsfactor.

Er is wel een voedselprobleem.

Het is de vraag of de oudervogels voldoende muizen, het favoriete hapje
van kerkuilen, kunnen vangen. Het probleem kan vrij simpel door
bijvoeren worden opgelost. De Kerkuilenwerkgroep Betuwe- Oost beraadt
zich daar nog over.

Het weesuiltje uitWijchen is de enige overlevende van een nest van
vier. De vogel werd sterk vermagerd in de nestkast aangetroffen. Verder
lag er nog één uiltje dood in het nest. De twee andere waren ‘
gevlogen'. De uilenfamilie in Wijchen is waarschijnlijk ten prooi
gevallen aan het eten van met rattengif aangetaste vergiftigde muizen.
Het weesuiltje werd eerst naar een vogelopvangcentrum gebracht.

Daar kon het verzwakte diertje een beetje aansterken. Eenmaal weer wat
op krachten gekomen, is gevraagd of de de Kerkuilenwerkgroep Betuwe-
Oost het uilenjong wilde bijplaatsen bij de nestkast in de kerktoren in
Ooij. Normaal gesproken is dat geen probleem omdat uilen net als alle
vogels niet kunnen tellen. Ook de twee Ooijse uiltjes zijn ‘
overlevers'. Het nest bestond oorspronkelijk uit vijf jongen. De kast
werd een tijd bevolkt door een groep bijen waardoor het vrouwtje het
nest verliet. Daardoor is een uiltje overleden. De twee anderen zijn
waarschijnlijk het slachtoffer geworden van voedselschaarste.

Het jonge leven in het nest in de kerktoren is op de voet te volgen via een webcam (www.papma.nl/webcam.html).

; De weesuil behoort tot de Tyto Alba Alba, een van de 26 ondersoorten
van de kerkuil. Hij is nog iets witter dan de uiltjes in Ooij. De drie
jongen moesten nog wel aan elkaar wennen. Ze hielden de eerste dagen
onderling enige afstand. De twee Ooijse achter in de kast en de logé
meer aan de voorkant. Inmiddels zitten ze wat meer bij elkaar.

 

kerkuilen_20060722_1 kerkuilen_20060722_3