Dagblad de Gelderlander had deze week een artikel over de steenfabrieken in de Ooijpolder. Ooit stonden er vanaf Nijmegen tot Millingen aan de Rijn diverse steenfabrieken, maar daarvan is momenteel nog maar één in werking zijnde steenfabriek over. Wienerberger in Erlecom.Deze laatste produceert nu meer stenen dan alle andere steenfabrieken vroeger samen. De gemeente Ubbergen wil nu, als de fa. De Beijer vertrekt, omdat ze plaats moet maken voor “ruimte voor de rivier”, de oude steenfabriek, waar het bedrijf in gevestigd was, aanwijzen als monument. zie de foto’s van steenfabrieken. (komen nog meer)
Bron: De Gelderlander:
OOIJ/ ERLECOM – Van de ooit zo bloeiende steenindustrie langs de grote rivieren is tussen Nijmegen en Millingen welgeteld één echte steenfabriek overgebleven. Alleen bij Wienerberger in Erlecom staan de tassen bakstenen nog hoop opgestapeld.
Nog tot lang in de vorige eeuw stonden hier de fabrieken met hun traditionele, hoge schoorsteenpijpen, flank aan flank. Het waren er meer dan tien in de Ooijpolder Klaverland, R. Janssen, Bouwkamp 1 en 2, de Vlietberg: het zijn namen die in het collectieve geheugen van de polderbewoners zijn gegrift. De zeer bruikbare rivierklei en de industriële revolutie zorgden enkele eeuwen voor veel werkgelegenheid. Een groot deel van de polderbevolking werkte op de steenfabriek.
Enkele monumenten zijn er nog maar overgebleven, zoals de veldoven in de Groenlanden en het bruggat, een viaduct voor kleitreintjes onder de Spruitenkamp door.
En dan zijn er nog her en der restanten van de fabrieken en hun hoge pijpen.
Was er decennialang ook andere industrie op die terreinen te vinden, langzamerhand verdwijnt die nieuwe bedrijvigheid om plaats te maken voor natuur of waterberging om hoogwater op te vangen.
Zo is van de Vlietberg, onder de rook van Nijmegen, nu alleen nog die ene hoge pijp over. De milieubeweging, gesteund door het provinciebestuur, heeft ervoor gezorgd dat de puinbreker van de firma Van Wijk die op het voormalige steenfabriekterrein was gevestigd, is ontmanteld. Ook van Klaverland, helemaal aan de andere kant van de dijk in de Millingerwaard, staat alleen die pijp er nog. Een enclave van enkele woningen is gebleven, waaronder ook de populaire Millinger Theetuin.
Op een ander fabrieksterrein is sinds jaar en dag de legerdump Reomie gevestigd. Ook hier staat de schoorsteenpijp nog steeds op het terrein.
De Stichting Van Steen en Natuur heeft die in 2006 laten restaureren. De stichting wil herinneringen aan de bloeiende steenindustrie levend houden en industriële monumenten bewaren.
Nieuw monument, geen geldDe oude steenfabriek in Kekerdom, op het terrein van De Beijer, moet bewaard blijven. Maar wie betaalt straks het onderhoud van het nieuwe monument?
en oude schoorsteen en een overkapping van een oven van steenfabriek Terwindt en Arntz in Kekerdom worden monument.
Een groot probleem is echter wel dat het bijzonder lastig is er een nieuwe bestemming aan te geven.
Daarmee zouden het beheer en onderhoud verzekerd zijn.
Burgemeester en wethouders van de gemeente Ubbergen hebben een procedure in gang gezet om dit industrieel erfgoed in de KekerdomseWard, op het terrein van steenhandel De Beijer, te behoeden voor sloop door er een gemeentelijk monument van te maken. De eigenaar – die binnen enkele jaren vertrekt – krijgt eerst nog de kans er zijn licht over te laten schijnen; daarna wordt de knoop pas echt doorgehakt.
Het monument in spe ligt in de Millingerwaard, een gebied dat in het kader van Ruimte voor de Rivier op de schop gaat. Om de Waal bij hoogwater makkelijker te laten doorstromen, wat zorgt voor een verlaging van de waterstand, worden de uiterwaarden afgegraven.
Dat op zich is geen bedreiging, constateert projectleider René Tank van Dienst Landelijk Gebied, want de gebouwen liggen op een hoog terrein. „Wat het graven van de nevengeul betreft hoeven we niet in de buurt te komen. En behoud ervan heeft ook geen invloed op de planontwikkeling.”
Het probleem is dat het monument straks op een schiereiland ligt en daarmee moeilijk bereikbaar is. „Daardoor kunnen we geen goede beheersafspraken hierover maken.” Staatsbosbeheer is de ‘beoogd eindbeheerder’ voor het hele gebied, zoals Tank het formuleert. Maar deze instantie, constateren B en W, wil niet de zorg voor de schoorsteen en de ovenoverkapping op zich nemen. „Een belangrijke reden”, stelt Gerrit van Scherrenburg van Staatsbosbeheer, „is dat je er wel een monument van kunt maken, maar de vraag is wie dat gaat onderhouden en betalen.”
Staatsbosbeheer, dat het financieel toch al zwaar heeft, dus niet. „En er een bestemming aan geven ligt niet voor de hand vanwege de plek die het krijgt.”
De gemeente heeft besloten de gebouwen versneld aan te wijzen als monument om sloop te voorkomen nu een nieuwe bestemming ‘haast onmogelijk’ lijkt. Daar wordt echter wel naar gezocht, ook in contacten met onder andere de stichting Van Steen en Natuur, maar dat heeft tijd nodig, aldus B en W. De schoorsteen en de ovenoverkapping behouden is volgens het college ook zeer gewenst omdat ze deel uitmaken van een ‘snoer van restanten van steenfabrieken’. Deskundigen constateerden in 2002 al dat langs deWaal in de Ooijpolder sprake is van een ‘uniek geworden steenfabricagelandschap’.