9 april 2014

Sigaren van Göring en Mein Kampf uit NSDAP hoofdkwartier voor Bevrijdingsmuseum.

Het Nationaal Bevrijdingsmuseum in Groesbeek is in het bezit gekomen van een aantal speciale souvenirs van Hermann Göring, de 2e man van nazi-Duitsland. Het museum kreeg onder meer een doos sigaren, speciaal vervaardigd voor Göring en een exemplaar van Hitlers Mein Kampf, afkomstig uit het hoofdkwartier van de NSDAP in München. Foto Bevrijdingsmuseum.

604Sigaren_en_Mein_Kampf__BRON_NATIONAAL_BEVRIJDINGSMUSEUM_1944_1945 (Large)
Sigaren van Göring en Mein Kampf uit NSDAP hoofdkwartier gevonden in unieke wederopbouwcollectie.

Het Nationaal Bevrijdingsmuseum 1944-1945 ontving recent een bijzondere collectie documenten en objecten van het Commissariat General Recuperation (CGR), een organisatie die direct na de oorlog gestolen Nederlandse goederen uit het verslagen Duitsland terughaalde. Daarbij werden regelmatig ook persoonlijke souvenirs meegenomen. Het hoofd van de CGR kwam daardoor in het bezit van een doos sigaren vervaardigd speciaal voor de tweede man van nazi Duitsland na Hitler: Reichsmarschall Hermann Göring. Ook kreeg hij een editie van Mein Kampf uit het ‘Das Braune Haus’, het hoofdkwartier van de NSDAP in München. De stukken zijn nu te zien in het Bevrijdingsmuseum in Groesbeek.

De bezetter had tijdens de oorlog veel gestolen in Nederland. Kunstschatten maar ook treinen en de inhoud van hele fabrieken waren naar Duitsland vervoerd. En die goederen moesten na de oorlog terug naar Nederland, meende het ministerie van Economische zaken. Hiervoor werd in april 1945 het Commissariaat-Generaal voor de Nederlandse Economische Belangen in Duitsland opgericht. In de praktijk werd vooral een korte Engelse naam gehanteerd: het Commissariat General Recuperation (CGR).
Ingenieur Louis Otto kreeg de leiding over deze afdeling van november 1945 tot de opheffing van de CGR in 1949. Hij coördineerde het opsporen, vrijgeven en naar Nederland transporteren van de gestolen goederen. Zijn collectie biedt een unieke kijk in de geschiedenis van de CGR. Bij een kleine onderneming bleef het niet. Grote bedrijven zoals Philips, Shell en Unilever klopten bij Otto aan om hun fabrieken en gestolen voorraden terug te krijgen.

Bij de zoektocht naar gestolen goederen verdween er ook wel eens wat. Er was zo weinig bekend over welke goederen zich nog in Duitsland bevonden, dat het niet moeilijk was voor officieren om materiaal achterover te drukken. Otto keurde dit af maar kon vaak weinig doen om dit te voorkomen. Controleren was nauwelijks mogelijk. Van het reeds gestolen goed eigende hij zich in ieder geval éénmaal zelf een stuk toe. In de officiersmess van de CGR stond een kistje speciaal voor Hermann Göring vervaardigde sigaren. Deze werd door Otto meegenomen naar huis en bewaard als souvenir.
De CGR had diverse afdelingen, zoals o.a. Industrie, Spoor- en Tramwegen, Scheepsvaart en Haveninstallaties. Er was ook een afdeling Kunstschatten. Hier werkten kunstexperts die zich inzetten voor de terugkeer van Nederlandse kunstschatten. Bij deze afdeling werkten in München twee kunstkenners met wie Otto het goed kon vinden. In juni 1946 kreeg Otto van hen een presentje: een Mein Kampf die zij hadden ‘bevrijd’ uit de collectie van het hoofdkwartier van de NSDAP, ‘Das Braune Haus’.

Recentelijk, in maart 2014, schonk zijn zoon dit exemplaar van Mein Kampf, de sigaren en de dossiers van zijn vader aan het Nationaal Bevrijdingsmuseum 1944-1945. Voor het museum vormen ze een bijzondere aanwinst. Niet alleen omdat de sigaren en deze Mein Kampf topstukken uit de geschiedenis van het Nationaal Socialisme zijn maar ook omdat de documentatie over de CGR een schat aan informatie biedt over een nauwelijks bekend aspect van de wederopbouw.