19 november 2009

The Games must go on in Bevrijdingsmuseum.

  Donderdagmiddag werd in het Bevrijdingsmuseum 1940- 1945 te Groesbeek de tijdelijke tentoonstelling "The Games must go on…. Olympische Spelen, politiek en mensenrechten" geopend. Dit gebeurde door oud staatssecretaris en nu voorzitter NOC / NSF, Erica Terpstra, in samenwerking met burgemeester Gerd Prick van Groesbeek. Zij moesten daarvoor een munt van het Bevrijdingsmuseum maken. Voordien had Erica Terpstraeen geweldige toespraak/ lezing over sport en mensenrechten. Deze expositie laat twee kanten van één medaille zien: enerzijds de sportieve schoonheid van de Olympische Spelen, anderzijds een terugblik op de gespannen verhouding tussen
sport, politiek en mensenrechten. Ook voor sportliefhebbers is de expositie een aanrader.
De sportieve prestaties van de Nederlandse atleten en de uiteindelijke winnaars vanaf 1936 komen ruim aan bod, met indrukwekkende persoonlijke verhalen van oud-sporters en boeiende beelden van de tijdgeest van toen. zie de foto’s


Bron: De Gelderlander

Het Bevrijdingsmuseum in Groesbeek exposeert de originele fakkels waarmee het olympisch vuur in 1936 naar Berlijn en in 1972 naar München werd gedragen.

De fakkels horen bij de expositie ‘ The games must go on…’

door Hans Peeters GROESBEEK – Branden doen ze nimmer meer. Maar de symbolische waarde van twee legendarische olympische fakkels is enorm. Het Bevrijdingmuseum in Groesbeek heeft de twee toortsen, waarmee de zeer beladen Olympische Spelen van Berlijn en München ooit werden ingeluid, in bruikleen gekregen.
De fakkels zijn de ambassadeurs van een bijzondere expositie die vandaag in het Groesbeekse museum wordt geopend met de titel: The Games must go on… Erica Terpstra, boegbeeld van de sportkoepel NOC/ NSF, komt er vandaag speciaal voor naar het museum aan deWylerbaan.
Het lijkt op het eerste gezicht een ietwat gezochte combinatie: sport in een bevrijdingsmuseum . In de tentoonstelling staan weliswaar de Olympische Spelen centraal, maar naast de sportieve schoonheid wordt de gespannen verhouding tussen sport, politiek en mensenrechten in beeld gebracht.
In 1936 ontstond een nieuw olympisch ritueel: de fakkelloop. Het heilige vuur werd in dat jaar voor het eerst vanuit het Griekse Olympia door hardlopers naar Berlijn gebracht, naar de Spelen van Hitler. Zo’n 3.400 fakkeldragers wisselden elkaar af tijdens de 6.000 kilometer lange tocht van Olympia naar Berlijn. Het Bevrijdingsmuseum toont de laatste fakkel waarmee het vuur het olympisch stadion in Berlijn werd binnengedragen. De fakkel vertoont volgens museumdirecteur Wiel Lenders de zichtbare sporen van het pek waarmee de toorts brandend werd gehouden. Een tweede olympische fakkel, die van de Spelen in München in 1972, was inmiddels voorzien van een moderne gascapsule. De fakkels zijn uitgeleend door het Deutsche Sport und Olympisches Museum in Keulen.

Schaduw van de olympische vlam
In het Nationaal Bevrijdingsmuseum in Groesbeek is tot eind maart 2010 een bijzondere tentoonstelling te zien over de Olympische Spelen versus mensenrechten.

Hij stond in de Jordaan bekend als straatvechter. Maar het jochie Ben Bril groeide uit tot een bokser van wereldformaat.
Toch gooide hij op het hoogtepunt van zijn roem de handdoek in de ring: Bril weigerde als jood om mee te doen aan de Olympische Spelen van 1936 in het fascistische Duitsland. Het liep slecht af met de vaderlandse bokscoryfee.
Ben Bril overleefde weliswaar de concentratiekampen van Vught, Westerbork en Bergen- Belsen.
Maar zijn glansrijke sportcarrière was na de oorlog voorbij.
Het verhaal van Ben Bril is een lichtend voorbeeld hoe sport, politiek en oorlog op gespannen voet met elkaar kunnen staan. Het Nationaal Bevrijdingsmuseum in Groesbeek heeft rond het fenomeen Olympische Spelen een indringende expositie samengesteld.
De tentoonstelling wordt vandaag geopend door Erica Terpstra, voorzitter van de nationale sportkoepel NOC/ NSF.
De expositie laat twee kanten van één medaille zien: enerzijds de sportieve schoonheid van de Olympische Spelen, anderszijds een terugblik op de gespannen verhouding tussen sport, politiek en mensenrechten.
De expositie zoomt prominent in op de zomerspelen van Berlijn in 1936. Het Nazi-regime gebruikte het grootste sportspektakel ter wereld als propaganda-instrument.
Een volgepakt stadion brengt de Hitlergroet.
De joodse sportjournalist Han Hollander deed razend enthousiast verslag van de Spelen. Hij kreeg er zelfs een oorkonde voor van niemand minder dan Adolf Hitler.
Hollander dacht dat hij dankzij de oorkonde van de Führer niet opgepakt zou worden. Het liep anders; Han Hollander werd in 1943 vermoord in het Poolse concentratiekamp Sobibor. Tien dagen vóór de Spelen van 1968 in Mexico City sloeg het regeringsleger een protestbijeenkomst neer, met 200 doden tot gevolg.
Maar het bloedbad verdween in de doofpot en het olympische feest kon ‘gewoon’ doorgaan. De Spelen van Mexico blijven bij velen op het netvlies door een opvallende protestactie van twee zwarte atleten tijdens de ceremonie na de 200 meter. Zij vroegen symbolisch aandacht voor de rassendiscriminatie in de Verenigde Staten.
De expositie in het bevrijdingsmuseum schenkt ook ruim aandacht aan het gijzelingsdrama tijdens de Spelen van 1972 in München. Palestijnse terroristen drongen het olympisch dorp binnen en eisten de vrijlating van 234 gevangenen; twee sporters werden neergeschoten. Later vonden in een chaotisch vuurgevecht op het vliegveld acht terroristen, negen gijzelaars en een agent de dood. Toch besloot IOC-voorzitter Avery Brundage dat de Spelen moesten doorgaan.
Individuele atleten uit Nederland, Noorwegen en de Filippijnen besloten het olympisch dorp te verlaten.
In de vroege jaren tachtig zorgde de Koude Oorlog voor twee grote boycotacties in Moskou (1980) en Los Angeles ( 1984).
Dat de Olympische Spelen zich niet laten regisseren door rassendiscriminatie bleek tijdens de Spelen in Berlijn in 1936. De zwarte Amerikaanse sprinter Jesse Owens werd de held van de olympiade in Nazi- Duitsland.
De Olympische Spelen van 2008 moesten de geur van mensenrechtschendingen rond China wegblazen. Maar de aanloop naar Peking 2008 kenmerkte zich door rellen rond de vlam en discussies over de situatie in Tibet.
Sport en mensenrechten zijn volgens museumdirecteurWiel Lenders onlosmakelijk met elkaar verbonden: „ Als sporter mag je de ogen niet sluiten voor onderdrukking.
Nog altijd staan driekwart van de politieke systemen in de wereld te boek als ondemocratisch. Dan kun je niet doen alsof je neus bloedt.” Ofschoon harde bewijzen ontbreken zijn er volgens Wiel Lenders wel aanwijzingen dat de Olympische Spelen op den duur leiden tot meer vrijheid in landen die bestierd worden door dictatoriale regimes: „ Een land dat de Olympische Spelen organiseert, weet immers de kritische blik van de hele wereld op zich gericht.”
Na de oorlog was de glansrijke sportcarrière van Ben Bril voorbij