13 december 2008

Millingse brandweerman krijgt werkstraf

 dscf5310brandweerboot

De Arnhemse officier van justitie heeft de 35-jarige brandweerman,
die op 14 februa­ri in dichte mist tegen een krib voer, een werkstraf
van 4o uur voorgesteld. De Millingenaar heeft dat geaccepteerd waarmee
hij vervolging voorkomt. De man voer weliswaar te hard, al­dus
justitie, maar hij had ook on­deugdelijk materiaal.Hiermee komt een
eind aan de langslepende kwestie over de schuldvraag en de eventuele
straf daarvoor. Bij het ongeval, dat onder zeer slechte
weersomstandigheden plaats vond, sloegen drie van de bemanningsleden overboord. (Bron: de Gelderlander)

zie ongelukken op de Waal

door
Geert Willems

MILLINGEN/ARNHEM (Bron: DeGelderlanden van 101208)

De 35- jarige brandweerman die aan het roer stond van de boot die op 14 februari tegen een krib voer, wordt toch niet vervolgd. Volgens zijn advocaat
Ronald Teekens is de zaak, die volgende week vrijdag zou dienen, op het
allerlaatste moment van de rol gehaald. „Ik heb de intrekking van de
dagvaarding net binnen."

 
De 35-jarige moet nu bij de officier van justitie komen voor een
zogenoemd Onderhoud ten Parkette ( OTP), een vermanend gesprek dat vaak
bij jeugdcriminaliteit wordt gebruikt. „Waarschijnlijk komt hij er dan
met een boete vanaf", verwacht zijn advocaat. In het geval van een
rechtzaak had de brandweerman een jaar celstraf kunnen krijgen.

  Bij het ongeval sloegen drie brandweerlieden overboord. Twee wisten zich te redden, de derde moest
uit het water gehaald worden.

De beslissing om de Millingse brandweerman
niet te vervolgen voor het bootongeval in de nacht van 14 februari, is
genomen na overleg met diens advocaat Ronald Teekens. „Hij heeft te
hard gevaren, dat wil ik wel toegeven", vertelt Teekens. „Maar hij was
ook op weg naar een aanvaring, wat doe je dan? Het was donker en mistig
en heeft die krib niet gezien. Uit onderzoek is ook nog eens gebleken
dat er ondeugdelijk materiaal is gebruikt. Dat is mijn cliënt niet aan
te rekenen."

  Zo was één reddingsvest
niet bedrijfsklaar, droegen de brandweerlieden eigen kleding onder de
overlevingspakken en functioneerde de communicatieapparatuur niet naar
behoren.

  Volgens de advocaat heeft hij justitie er van weten te overtuigen dat vervolging een veel te zware straf
zou zijn. Een woordvoerster van justitie in Arnhem bevestigt dat de
zaak van de rol is gehaald, maar wil nog niet zeggen wat daar de reden
voor is geweest. „Voorlopig blijft hij ook verdachte", aldus de
woordvoerster.

 
„ De zaak heeft buitengewoon veel deining veroorzaakt bij de
vrijwillige brandweer in heel Nederland", gaat advocaat Teekens verder.
„Niemand wil daar nog bij als je het gevaar loopt om zo hard te worden
aangepakt."

  De impact in het
vrijwilligerskorps van Millingen is zelfs nog veel groter geweest. Niet
alleen het ongeluk zelf was behoorlijk traumatisch, ook de hele nasleep
die nog steeds voortduurt. „ Alle collega's leven met de 35-jarige mee.
Ze verwijten hem ook niets", zegt Teekens. Hij wijst er op dat de
brandweerboot sinds het incident in februari niet meer vaart.

door
Geert Willems (Bron:Gelderlander 091208)

MILLINGEN –
Het ongeval met de Millingse brandweerboot op 14 februari
krijgt een staartje. De 35- jarige brandweerman die de bewuste nacht aan het roer stond, wordt strafrechterlijk vervolgd. Hij moet binnenkort voorkomen.

 
In de nacht van 14 februari voer de snelle interventieboot van de
Millingse brandweer in dichte mist naar een aanvaring op de Waal bij
Ooij en botste op een krib. Daarbij sloegen drie brandweerlieden
overboord. Twee wisten zich in veiligheid te brengen, de derde werd na
een spannende zoektocht uit het water gered.

 
In de zomer rondde de KLPD ( Korps Landelijke Politiediensten) het
onderzoek af naar de omstandigheden waaronder het ongeval is gebeurd.
De bevindingen zijn nu voor het openbaar ministerie aanleiding geweest
om de schipper
van de boot te vervolgen. 

De schipper van de brandweerboot wordt aangeklaagd
op grond van artikel 169 van het Wetboek van Strafrecht. Daarin staat:
‘Hij aan wiens schuld te wijten is dat enig vaartuig, voertuig of
luchtvaartuig zinkt, strandt of verongelukt, vernield, onbruikbaar
gemaakt of beschadigd wordt, wordt gestraft met gevangenisstraf van ten
hoogste een jaar of geldboete van vierde categorie, indien daardoor
levensgevaar voor een ander ontstaat'.

 
Ook zal de openbaar aanklager wijzen naar artikel 1.04. van het
Rijnvaartpolitiereglement: ‘ De schipper moet alle voorzorgsmaatregelen
nemen die door de algemene plicht tot waakzaamheid en door goede
zeemanschap worden gevorderd, teneinde met name te voorkomen dat het
leven van personen in gevaar wordt gebracht.'