19 december 2006

Euregio erepenning voor Jan van Eck

 Tijdens  de eindejaars bijeenkomst van de Euregio Rijn-Waal 2006 in het Euregio kantoor te Kleef, heeft burgemeester Guusje ter Horst van Nijmegen de erepenning 2006 uitgereikt aan Jan van Eck uit Leuth. Jan heeft zich verdienstelijk gemaakt op het gebied van de grensoverschrijdende documentatie van de regionale geschiedenis en het bevorderen van Duits-Nederlandse contacten. Als verrassing voor hemzelf werd bij die gelegenheid tevens de Duitse Erwin Schmidtz uit Kranenburg geridderd met een Nederlandse onderscheiding. Tevens werd afscheid genomen van de voorzitter van de Euregio, burgemeester Guusje ter Horst. zie de foto's 

 dscf9130 Jan van Eck en Erwin Schmitz.


 

Eremedaille Euregio Rijn-Waal voor Leuthse Jan van Eck.

Nederlandse Koninklijke Onderscheiding voor Duitse Erwin Schmitz.

Op 18 december werden deze onderscheidingen uitgereikt in het bestuursgedeelte van de Euregio aan de Emmericherstrasse 24 in Kleef. Velen waren gekomen, vrienden familieleden, bekenden en natuurlijk ook de collega's. Maar het is dan ook niet niks. Het verkrijgen van zo'n medaillekleinood is niet alleen een hele eer voor de betreffende vrouw of man, maar is ook het erkennen van de verdiensten van de drager er van. En dat door een hele regio en dan nog wel internationaal ook, in dit geval Duits-Nederlands. Als dat gebeurt dan moet de regio ook een belang hebben, en dat heeft ze. Immers wat is het geval? Iedereen weet dat er sinds een aantal jaren grote veranderingen in ons werelddeel, Europa, aan de gang zijn. De hoge tolmuren die ons leken te beschermen en de hoge subsidies die we konden opbrengen, lijken langzamerhand niet meer afdoende te zijn om ons een goed bestaan te verzekeren. Binnen de grenzen van ons land lukt dat al jaren niet meer en een schaalvergroting naar Europese omvang lijkt geboden, al willen we daar met ons gevoel nog niet zo aan. We denken de greep op onze kleine Nederlandse poldersamenleving te verliezen en we hebben soms zelfs krampneigingen naar vroeger toen het allemaal wat overzichtelijker leek. Onze nationale regering geeft ons althans die illusie. Of we het willen of niet we gaan naar een groter Europa en we zoeken steun in een klein in dit geval regionaal verband. Immers samen zijn we sterker. Jenno |Witsen, jaren geleden, professor te Nijmegen, had het tijdens zijn afscheidsrede al  over het Europa van de regio's, Later werd het zelfs "Regio's op eigen kracht". Duidelijk Haags jargon voor "de regio's zoeken het zelf maar uit en als dat dan zo is dan steunen we de meest succesvolle, in dit geval die in de Randstad, lees vooral Rotterdam en Schiphol." Wat nu?" De Europese Commissie zag dat ook wel en zette een duidelijke premie op het omgekeerde: "Regio's die wat willen en daar zelf geld in durven steken, die helpen we. Op deze wijze krijgen we instrumenten en mensen welke over hun grenzen heen kijken niet alleen, maar ook iets willen aanpakken. Maar voordat dat kan, moet er eerst aan dat regionale bewustzijn zijn gewerkt en dat doen mensen als Jan van Eck en Erwin Schmitz, eigenlijk de profeten van een nieuwe tijd, alleen dat wisten zij en wij toen nog niet. Iedere Ziener deed het op zijn eigen wijze en met zijn eigen mogelijkheden. De overigens intussen scheidende voorzitter, tevens burgemeester van Nijmegen, Guusje ter Horst, mocht beide feestelingen hun eremetaal aanreiken. Jan van Eck heeft zoals bekend zich zeer ingezet voor het kweken van dit regionale zelfbewustzijn als gemeenteraadslid, als afgevaardigde in de Euregioraad, als lid van de Heemkundekring, door de inzet van zijn geografische en cartografische kennis bij het maken van verschillende boeken, artikelen en atlassen over onze regio. "Kortom Jan van Eck is een persoon die met zijn kennis en betrokkenheid een positieve bijdrage heeft geleverd aan de relatie tussen Duitsland en Nederland, en daarmee een waardig prijswinnaar van de erepenning Euregio Rijn-Waal, aldus de vertrekkende voorzitter. In zijn dankwoord, zei Jan van Eck een beetje verlegen, maar vooral dankbaar en trots te zijn op deze onderscheiding. Hij zag het als een erkenning van het werk dat velen ten behoeve onze regio doen om daar een menswaardige omgeving te krijgen en te behouden. Hij dankte vooral zijn vrouw Bep voor de mogelijkheden die ze voor hem schiep en ook zijn (klein)kinderen, die hem nogal eens uit zijn werkkamer moesten halen. Vervolgens leek het protocol zijn loop te krijgen, althans dat dacht Erwin Schmitz, de vroegere Gemeindedirektor van Kranenburg en tegenwoordig de hoogste ambtenaar bij de Euregio (Geschäftsführer). Maar charmant als hij is, hij kan nog een echte "Knicks" maken, liet hij zich door mevrouw de voorzitter tot zijn verbazing wegduwen van de regiemicrofoon, zag met open mond zijn familie, inclusief zijn moeder plaatsnemen en moest laten gebeuren wat gebeurde. Zelden zo'n verbaasd gezicht gezien. Hij kreeg zijn toespraak en zijn eretekenen, want hij nam al 1984 initiatieven om de omgeving van Kranenburg en die van Nijmegen al vast toeristisch te laten samenwerken. Dit bleek een sneeuwbaleffect te hebben naar samenwerking op het gebied van ziektekostenverzekering, Eerste Hulphelikopters, arbeidsmarktmobiliteit en de zg. Interreg-programma's. Dit zijn programma's waardoor onder bepaalde voorwaarden geld beschikbaar komt voor interregionale, lees internationale, projecten. Het opnieuw inrichten van het Hollandsch-Duitschgemaal, maar ook het schoonmaken van de zandvang bij Groesbeek vielen daar bijvoorbeeld onder. Geld hiervoor bij elkaar bedelen is niet zo eenvoudig. Eerst dienen de aanvragende besturen op een lijn te zitten, vervolgens de landsregeringen en dan moet je in Brussel de goede Lobbyist vinden en niet ieder schot is een haas, kan ik U verzekeren. Daarom kreeg Erwin, als een van de schaarse Duitsers, een hoge Nederlandse Koninklijke Onderscheiding nl die van Ridder in de orde van Oranje Nassau. Een luid instemmend applaus opende de lange rij van handengevers. Daarna was het woord weer aan de recptiegangers. Het politieke handwerk kon weer doorgaan op zoek naar een nieuwe voorzitter, misschien wel nieuwe profeten. Gerard Karnebeek.

Koninkljke onderscheiding voor Erwin Schmitz (Kranenburg Duitsland)
 
De heer E.Schmitz (62) ontvangt de koninklijke onderscheiding Ridder in de Orde van Oranje Nassau voor zijn bijzondere verdiensten voor de Nederlandse samenleving.
 
Erwin Schmitz is sinds 1999 werkzaam als secretaris bij de Euregio Rijn-Waal. De Euregio is een samenwerkingsverband van Nederlandse en Duitse gemeenten, regionale overheden en Kamers van Koophandel. Doel van de Euregio is het bevorderen van de Nederlandse-Duitse samenwerking op alle maatschappelijk relevante gebieden.
Erwin Schmitz vervult deze functie als gepensioneerd Stadtdirektor van de Gemeinde Kranenburg. Sinds zijn aantreden in 19999 heeft Erwin Schmitz in belangrijke mate bijgedragen aan de versterking van de grensoverschrijdende netwerken in de Euregio. Hij geldt daarbij als bruggenbouwer met een uitstekend oog voor gemeenschappelijke belangen.
Voor de grensoverschrijdende gezondheidszorg is de heer Schmitz de promotor van een groot platform van Nederlandse en Duitse ziekenhuizen, zorgverzekeraars, belangengroepen van patiënten, huisartsen en apothekers. In dit platform wordt de weg geëffend voor afspraken over grensoverschrijdende medische behandelingen en over verrekening met zorgverzekeraars. Een ander succesvol initiatief betreft de grensoverschrijdende inzet van traumahelikopters uit Nijmegen en Duisburg.
 
Erwin Schmitz heeft zich binnen de Euregio als vice-voorzitter van Eures (EURopean Employment Services) sterk gemaakt voor projecten ter vergroting van de arbeidsmobiliteit binnen de Europese Unie en ook bij het INTERREG programma vervult hij een belangrijke rol, waar het gaat om het bij elkaar brengen van gesprekspartners.
 
Erwin Schmitz is met zijn grensoverschrijdende initiatieven begonnen bij zijn aantreden als Gemeindedirektor van Kranenburg (1984-1999). Hij heeft geijverd voor het lidmaatschap van Kranenburg in de VVV Rijk van Nijmegen. Hij was de initiator van de grensoverschrijdende cultuurroute Via Romana en is hij jaren bestuurslid geweest bijde Internatonale Nijmeegse Fietsvierdaagse.
 
 
Het was op zijn initiatief dat er een stedenband ontstond tussen enerzijds de gemeenten Kranenburg, Ubbergen en Groesbeek en anderzijds de Hongaarse gemeente Körmend. Een bijzondere stedenband omdat drie landen hierbij zijn betrokken.

Ridder Schmitz bouwt vele bruggen  (Bron: De Gelderlander)


Tot zijn eigen verrassing mag Erwin Schmitz (62) zich sinds maandag Ridder in de Orde van Oranje Nassau noemen.
De Kranenburger, sinds 1999 secretaris van de Euregio Rijn-Waal, is een erkend ‘bruggenbouwer'.

Toen Euregio-voorzitter mevrouw Ter Horst u op een heel drukke bij­eenkomst de onderscheiding op­speldde, prees ze u als ‘bruggen­bouwer'. Hoeveel bruggen zijn er nog nodig in dit grensgebied?
Erwin Schmitz: „Als je grens­overschrijdend samenwerkt, stel je telkens weer vast dat er altijd nieuwe bruggen nodig zijn. Want hoe meer en hoe in­tensiever je samenwerkt, hoe meer verschillen aan het licht komen. Dat is normaal. Alleen als je niet samenwerkt, hoef je ook geen bruggen te slaan. Er zijn nu eenmaal die verschillen in cultuur en wetgeving. Dat zal altijd zo blijven, vermoed ik."
Wat wordt uw grootste brug?
„De euregionale arbeidsmarkt.
Het moet mogelijk zijn dat een Nederlander zonder problemen aan deze kant van de grens kan werken en dat een Duitser ge­woon in Nederland kan werken. Dat valt nog niet mee. Het is mijn grootste opgave, maar ook de moeilijkste."
Als Euregio-baas steunt u veel grensoverschrijdende projecten.
Wat is de filosofie als u met grens­mensen aan tafel gaat?
„We proberen ze in ieder geval samen aan die tafel te krijgen.
We hebben de politie en brand­weer samengebracht, en onder­nemers. En nu zijn we bezig met journalisten. Ons uitgangs­punt is dat men elkaar leert ken­nen en besluit op basis van we­derzijds vertrouwen verder te gaan. Zo begin je. En dan valt het hier in deze regio nog mee.
Kijk maar eens naar de driehoek Maastricht-Aken-Luik. Daar heb je te maken met drie verschillen­de wetgevingen."
U staat bekend als uitgesproken pro-Nederlands. U bent zelfs be­stuurslid geweest van de Nijmeeg­se Fietsvierdaagse.
„Klopt. k weet niet waar dat ge­voel voor Nederland vandaan komt. Als tiener ging ik vaak naar Heerlen en Maastricht. Dat was heel normaal. In Kranen­burg vond ik het later vanzelf­sprekend ook naar het westen toe te denken.
Als ik officieel bezoek had, gin­gen we altijd even naar ons bui­tenland.
Naar Nijmegen, bijvoor­beeld. Zo'n uitstapje werd altijd als iets positiefs gevoeld. Zo moet dat ook. Met onze cultuur­verschillen kunnen we altijd iets van elkaar leren. Ik vind dus ook niet dat we allemaal hetzelf­de moeten zijn in één Europa."
U bent vooral de man van de grensoverschrijdende gezond­heidszorg en de initiator van een groot samenwerkingsplatform tus­sen ziekenhuizen, zorgverzeke­raars en patiëntengroepen. Trau­mahelikopters werken aan beide zijden van de grens. Vanwaar die focus op gezondheid?
„Twintig jaar geleden is mijn ei­gen kind lang in het Radboudzie­kenhuis behandeld. Daardoor heb ik heel positieve contacten opgebouwd. Het was een grote uitzondering dat ons kind van­uit Kranenburg naar het Rad­boud kon, terwijl een ander ziek meisje uit haar klas helemaal naar Essen moest. Die ongelijk­heid was voor mij aanleiding me in te zetten voor een grens­overschrijdende gezondheids­zorg. Er wordt nu gewerkt aan afspraken over grensoverschrij­dende medische behandelingen en over de verrekening met zorgverzekeraars."