26 februari 2006

Carnavalsoptocht in Ooij

 

 dscf5322.jpg  Dit
jaar was Ooij als eerste aan de beurt om de carnavalsoptocht te
ontvangen. Het ene jaar is Leuth als eerste aan de beurt, het andere
jaar Ooij. Nadat Prins Rocco eerst met zijn gevolg de kramen en tenten
in de verssierde straten had bezocht, was het vervolgens zijn taak om
de wagens, de groepen en alles wat dies meer zij, te inspecteren vanaf
zijn prinsenwagen voor de Sprong. Een keur aan praalwagens, groepen en
individuelen trok aan hem voorbij, waarna hij zelf als laatste in de
optocht mocht aansluiten. Een stralende zon met dreigende wolken op de
achtergrond maakten deze optocht weer tot een succes. zie de foto's

 

Warme optocht doet Ooij de winterkou even vergeten.

Meer
dan 40 wagens, groepen en individuelen vormden samen een kleurrijk lint
van wagens en mensen, dat meer dan anderhalf uur lang de Ooijse
Carnavalszondag liet schipperen tussen zotheid en wijsheid. Tijdens de
gezellige boerenbruiloft waren de hoofden van de bouwers duidelijk niet
helemaal bij al dat moois wat aan de bar te zien en te genieten was. De
Onechtverbintenis van Hannes en Mientje met veel water, veel rook, en
vooral veel vuur ten spijt. De volgende ochtend in de kerk leken de
mensen eveneens dieper na te denken over hun geloof, in de prijzen, dan
gewoonlijk het geval is. Mensen uit het jurycollege voor de optocht
zegden bedachtzaam te hebben genipt van hun Portje of Pilsje om zich zo
goed mogelijk in te leven in de ogen van de carnavaleske kijker. In
stilte misten ze hun “???minence Grise”, Hans Litjens, die vorig jaar nog
hoopvol zei, “Tot volgend jaar dan maar weer”. Toetspunten zouden zijn
“de algemene indruk, netjes afgewerkt, technische uitvoering, het bijna
onzegbare en onmeetbare carnavaleske, brengt het betreffende optreden
de mensen aan de kant in beweging, springt de vonk over?”. Veel wagens
voldeden aan deze criteria, al moest de jury soms wel wat diep
nadenken, aldus mijn informant.. Baas boven baas bij de wagens was het
Millingse vlekkenpaard. Van Leuths-Ooijse makelij was de ingenieuze
schepping van “Op eigen Kracht”. Een aantal carnavallers hield met
elkaar een heuse grote vrachtwagenaanhanger in beweging door als
hamsters in een tredmolen te lopen. Deze was dan weer met een echte
ketting gekoppeld aan het differentieel van de betreffende aanhanger.
Knap smids-en constructiewerk. Dan zie je weer het onderscheid tussen
mensenkracht en machinale aandrijving. De lastige verkeersdrempels
samen met soms nare bochten vergden toch veel stuurmans- en
aandrijfkunst, soms met een “gat” in de stoet ten gevolge. Maar steekje
af voor de bedenkers van dit stukje techniek. De derde prijs was voor
een Ooijse wagen welke als motto had “met (de soms wel erg) platte
blote kont de bisonbaai rond, kennelijk doelend op de min of meer
naaktrecreatie ter plekke en het geslagen bruggetje waar je nu ook met
blote voeten op kunt lopen om aldus de speelplas in zijn geheel te
kunnen ronden. Bij de Groepen sprong “Mozart” er met gemak bovenuit.
Niet alleen de actualiteit van het Mozartjaar bewerkstelligde dat, maar
ook de perfect zittende kleding dwong allerwege bewondering af. “ Ons
Carnaval is goud waard”, werd door de jeugd van een Ooijse sportgroep
fraai uitgebeeld. Hun trainer glom zichtbaar van trots. “Mooi dat deze
dames ook dit soort dingen met elkaar kunnen”. Ronduit vertederend
waren de rondfladderende vlinders, ouders met hun min of meer jonge
kinderen, zij stelden zo het Carnaval van hoog niveau veilig voor de
toekomst. De onbekende wegpiraat liet zien dat ook mensen met
acrobatische rijeigenschappen toch op tijd voor overstekende
voetgangers kunnen stoppen, steigerend en wel. En wat aan de rijkunst
mankeerde dat ving een extra steunwieltje op, leuk gevonden.
Persoonlijk werd mijn hart als motorliefhebber gestolen door de soldaat
van…..op een oude originele Duitse legermotor met zijspan met alles er
op en er aan wat je in oorlogstijd nodig kunt hebben. Hij verbruikte
wat olie, zo te ruiken, maar toch… Ooij zou Ooij niet zijn als de
Deurzakkers niet iets extra’s voor het thuisfront in het prijzenzakje
hadden gedaan. De Ooijse “zakjes” gingen naar uiteraard de Bisonbaai,
de Schuimhappers met “vrienden voor het leven”. De dames op deze wagen
droegen zeer bij aan gevoel van de schone beloftes van het voorjaar en
niet alleen de vogels floten hun bewondering. De dominobouwers,
tenslotte, brachten het offer van de mus bij een of andere recordpoging
in Leeuwarden nog eens extra in beeld. Was het gekte, was het
dadendrang, was het het nieuwe denken of was het een “oplossing”? Met
deze vraag in ons hart betraden we op Aswoensdag ’s avonds onze kerk
met als doel het deurzak-en-askruisje. “Mens bedenkt dat Ge stof zijt”,
sprak de zich een vreemde snoeshaan noemende pastor plechtig. Nu is
gesprekstof ook stof. Dat zei mijn vader al. Of is in dit geval het
stof van het kerkhof bedoeld dat zo nu en dan ons huis komt
binnenwaaien? Gesprekstof is niet altijd boeiend en huisstof belandt
uiteindelijk in de vuilnisbak. Geen prettig vooruitzicht dit keer. “Een
klein Portje graag ”, zuchtte mijn lever, “of doe toch maar niet want
het is nu echt vasten”. Piet Soerier.

 

Prijzen Carnavalsoptocht Fustendom 2006.

De jury heeft de volgende waarderingen toegekend:

Wagens Algemeen:

Eerste
prijs:
           
Wagen
320           
Millingen op zijn kop hobbelt naar de volgende strop,

Tweede prijs:  Wagen 106            Op eigen Kracht (Kliekske),

Derde
prijs:           
Wagen 33        Met blote kont de
Bisonbaai rond.

Groepen:

Eerste
Prijs:           
Groep 51        Mozart,

Tweede
prijs           
Groep 31
           
Carnaval is goud waard,

Derde prijs:
           
Groep
28           
Rondfladderende vlinders.

Individuelen:

Eerste
prijs:           
nr 57   
           
Wegpiraat,

Tweede
prijs:           
nr 101 
           
Soldaat van … Oranje.

Prijzen Ooijse Wagens:

Eerste
Prijs:           
Wagen 33        Met blote kont de
Bisonbaai rond.

Tweede
prijs:           
Wagen
36           
Vrienden voor het Leven,

Derde
prijs:           
Wagen
41           
Dominooijbouwers.

Piet Soerier.