Door BAS VAN DER HOEVEN BERG EN DAL ● „ Jammer dat er niet meer dames bij Edelweisz zitten”, zegt Gerrit Janssen lachend als hij de muzikanten knuffelt na de aubade op zijn 87ste verjaardag. „ Jij komt niet meer bij ons, dus komen wij bij jou”, zei fanfarevoorzitter Freek Houterman even voordat fanfare Edelweisz welluidende klanken door de Prins Mauritslaan in Berg en Dal laat schallen. De tranen staan Gerrit Janssen in de ogen. Hij veegt ze weg en de lach breekt weer door. Vreugde en verdriet, ver uiteenliggende emoties. Nu zo dicht bij elkaar. Tot afgelopen zomer was Gerrit Janssen een vitale man. Hij zorgde voor zichzelf. Na het overlijden van zijn vrouw Käthe in 1986 leerde hij koken, wassen en schoonmaken. „ Ik kon nog geen koffie zetten, nu kan ik lekker koken”, zegt hij. Enkele maanden geleden hoorde Janssen dat hij ongeneeslijk ziek is. De onheilstijding heeft een schaduw over zijn leven geworpen. Ook omdat hij zijn grootste hobby niet meer kan uitoefenen: muziek maken. Zeventig jaar bespeelde hij een blaasinstrument. „ Ik ben geboren in Kekerdom. Ik was zeventien en een oom zei: ‘ Gerrit, ik heb thuis een trompet liggen. Daar leer ik jou op spelen’. Nou, dat ging best goed.” Janssen werd lid van fanfare Una. „ Ik werkte in Leuth op de melkfabriek. Na de oorlog ben ik naar Melkerij Lent gegaan. Op de Wedren in Nijmegen. Dat was me een eind fietsen. In 1948 zijn we in Berg en Dal gaan wonen.” Een neef werkte op de Swift schoenenfabriek. „ Gerrit, jij bent een goede muzikant. Kom bij de Swift- harmonie spelen.” Ook de mensen van Edelweisz wisten Gerrit te vinden. „ Ik was nog aan het verhuizen en zat al bij twee muziekverenigingen.” Van trompet en bugel ging de muzikant over op altsaxofoon. Hij speelde bij St.- Anna en het Seniorenorkest in Nijmegen. Zijn zeven kinderen, klein- en achterkleinkinderen zorgen voor veel levensvreugde. „ Ik heb altijd mijn partijtje goed mee kunnen blazen. Ik weet dat ik niet meer beter word. Nooit meer zal spelen, maar elke morgen word ik wakker en dank ik God voor mijn mooie leven en de nieuwe dag.”
|